Aanvullende informatie
In de psychologie worden een aantal persoonlijkheidsstoornissen onderscheiden, waarbij de schizoïde persoonlijkheidsstoornis deel uitmaakt van het rijtje Cluster A. persoonlijkheidsstoornissen. Bij dit type persoonlijkheidsstoornissen staat het afwijkende gedrag op de voorgrond. Mensen met deze stoornissen vallen op doordat ze zich anders gedragen.
Er zijn in dit cluster drie typen te onderscheiden:
- Schizoïde persoonlijkheidsstoornis
- Schizotypische persoonlijkheidsstoornis
- Paranoïde persoonlijkheidsstoornis
Omdat hij niemand vertrouwt, is hij net als iemand met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis, vaak alleen. Qua uiterlijk valt hij soms op, omdat hij zich vaak extravagant kleedt. Soms zijn er bizarre fantasieën en kan er sprake zijn van depersonalisatie.
Wanen en psychoses komen pas aan de orde als er sprake is van schizofrenie. Dat is de volgende trap in de eerder genoemde glijdende schaal. Het is overigens niet zo dat iedereen met een schizoïde- of schizotypische persoonlijkheidsstoornis, later schizofreen wordt.
Hoort autisme wel thuis in dit rijtje?
Wikipedia heeft het over het zogenaamde schizoïde spectrum of anders gezegd het schizofreniespectrum. Deze benaming wordt gebruikt om aan te geven dat de schizoïde stoornis, schizofrenie en andere hieraan gerelateerde stoornissen zich op dezelfde glijdende schaal bevinden, waarbij de verschillende aandoeningen, hoewel verschillend in ernst, toch veel dezelfde kenmerken vertonen. De volgende aandoeningen worden hierbij genoemd:
- Autistische schizofrenie
- Schizoïde persoonlijkheidsstoornis
- Schizotypische persoonlijkheidsstoornis
- Schizofrenie
- Gedesoriënteerde schizofrenie
- Paranoïde schizofrenie
- Catatone schizofrenie
- Defect-schizofrenie
- Bipolaire stoornis
Wel wordt binnen het autistisch spectrum de variant MCDD onderscheiden. In dat geval gaat het autisme op jonge leeftijd al gepaard met psychische stoornissen, zoals extreme angsten, bizarre fantasieën en/of psychotische wanen. Kinderen met deze vorm van autisme maken op latere leeftijd wel degelijk kans om schizofrenie te ontwikkelen.
Kenmerken van een schizoïde persoonlijkheidsstoornis
Wat het meest op de voorgrond staat bij Iemand met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis, is dat hij totaal geen behoefte lijkt te hebben aan sociaal contact en het liefst geïsoleerd leeft. In het handboek omtrent psychiatrische ziekte, DSM-IV-TR, wordt de stoornis als volgt omschreven:
Een diepgaand patroon van afstandelijkheid in sociale relaties en beperkingen in het uiten van emoties in intermenselijke situaties, beginnend in de vroege volwassenheid en tot uiting komend in diverse situaties, zoals blijkt uit vier (of meer) van de volgende kenmerken:
- heeft noch behoefte aan, noch plezier in hechte relaties, inclusief het tot een gezin of familie behoren
- kiest vrijwel altijd activiteiten die alleen gedaan moeten worden
- heeft weinig of geen belangstelling voor seksuele ervaringen met een ander
- beleeft weinig of geen genoegen aan activiteiten
- heeft geen intieme vrienden of vertrouwelingen buiten eerstegraads-familieleden
- lijkt onverschillig voor lof of kritiek van anderen
- het affect is emotioneel kil, afstandelijk of afgevlakt
Is schizoïde persoonlijkheidsstoornis een ander woord voor autisme? Of toch niet?
Het is niet voor niets dat mensen met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis, als kind nog weleens de diagnose ASS (Autisme Spectrum Stoornis) krijgen, daar deze twee aandoeningen oppervlakkig gezien, op elkaar lijken. Immers, de autist lijkt ook weinig behoefte te hebben aan sociaal contact en activiteiten het liefst alleen te doen. Er zijn zeker mensen met een diagnose binnen het autistisch spectrum voor wie dit opgaat. Voor veel anderen met autisme is er echter eerder sprake van een stukje onmacht en onvermogen om vrienden te maken, dan dat ze geen plezier zouden beleven aan vriendschap en hechte relaties. Degenen die het wel lukt om vrienden te maken, hebben die zelfs lange tijd, omdat hun trouw en eerlijkheid gewaardeerd wordt.
Aan de hand van de DSM-criteria kunnen de verschillen op een rijtje worden gezet:
Heeft noch behoefte aan, noch plezier in hechte relaties, inclusief het tot een gezin of familie behoren
Mensen met autisme hebben een aangeboren stoornis, waarbij de hersenen bepaalde signalen niet goed doorgeven en de buitenwereld fragmentarisch binnen komt. Een klein kind met autisme kan erg angstig zijn, omdat het een stukje samenhang mist. Waar een kind zonder autisme al snel snapt wie zijn ouders zijn en dat ze het beste met hem voor hebben, maken zij voor een autistisch kind deel uit van hun chaotische buitenwereld. Een wereld vol angst en lawaai, waar ze niets van begrijpen.
Pas als ze ouder worden (mits ze een redelijke intelligentie hebben) leren ze omgaan met hun autisme en kunnen veel kinderen met autisme wel degelijk plezier beleven aan een hechte relatie met hun ouders en verlangen naar vriendschap.
Heeft geen behoefte aan activiteiten met anderen
Kort samengevat gaat dit over de punten twee, drie en vier van het DSM-lijstje. Veel mensen met autisme lijken graag alleen te zijn. Het klopt dat ze het liefst zelfstandig hun werk doen, zonder dat ze met anderen hoeven samen te werken. Dingen samen doen met anderen kan voor mensen met autisme heel vermoeiend zijn. Dit komt o.a. door hun onmacht de ander te begrijpen, maar ook doordat ze veel rust nodig hebben omdat ze doorgaans erg prikkelgevoelig zijn. Contact met anderen kost veel energie, omdat de autist van nature niet goed weet hoe hij zich in sociaal opzicht moet gedragen. Zijn gedrag is aangeleerd. Waar mensen zonder autisme intuïtief contact zoeken en dit 'vanzelf' gaat, moet de autist echt nadenken over wat hij wanneer kan zeggen en hoe hij zich sociaal acceptabel moet gedragen. Door de jaren heen heeft hij veel gedrag met succes aangeleerd, maar waar anderen tot rust komen tijdens een sociale activiteit, vindt de autist juist een stuk rust door zich tijdelijk terug te trekken in eenzaamheid, teneinde de accu weer op te laden.
Veel mensen met autisme hebben wel degelijk behoefte aan sociale contacten of aan seks. Wanneer je pubers met autisme vraagt of ze verlangen naar vriendschap, zullen veel van hen bevestigend antwoorden. Wel is het zo dat deze vriendschappen vaak anders ingevuld worden en vaak niet het niveau van een intieme vriendschap bereiken. Toch is er bij veel mensen met autisme wel degelijk een verlangen, hun leven met anderen te delen. Hoewel de intimiteit van seksueel contact sommige mensen met autisme kan afschrikken, zijn er ook veel, die hier wel degelijk plezier aan beleven.
Anderen doen zelfs pogingen om via een datingsite een man of vrouw aan de haak te slaan, om hun leven mee te delen.
Dat deze relaties vaak problematisch zijn, komt omdat mensen met autisme vaak niet empathisch kunnen reageren en moeite hebben met het uiten van hun gevoelens, waardoor ze soms kil en afstandelijk overkomen en de partner zonder autisme, zich emotioneel in de kou gezet voelt. Er kan dan sprake zijn van het Cassandra effect.
Heeft geen intieme vrienden of vertrouwelingen buiten eerstegraads-familieleden
Iemand met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis lijkt weinig behoefte te hebben aan intiem contact met anderen. Hij is het liefst alleen en voelt zich daar goed bij. Veel mensen met autisme kunnen goed alleen zijn, maar voelen vaak wel degelijk het gemis van goede vrienden. Ze willen graag contact en verlangen daar ook naar, maar worden door anderen vaak niet goed begrepen. Wanneer ze iemand ontmoeten, die in staat is om door het autistische gedrag heen te kijken, kan er wel degelijk een mooie vriendschap ontstaan. Wanneer de ander het autisme accepteert en bereid is zijn gevoelens verbaal toe te lichten en duidelijk is in het contact, staat niets een vertrouwelijk contact in de weg. Mensen met autisme zijn doorgaans erg eerlijk en kunnen goed luisteren. Communicatie is erg belangrijk. Bij mensen met autisme is er, anders dan bij mensen met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis wel degelijk behoefte aan een vertrouwenspersoon of een intieme vriend. Alleen communiceren ze soms op een andere manier. Die manier van communiceren leren kennen, vormt dan de sleutel tot contact.
Lijkt onverschillig voor lof of kritiek van anderen
Van iemand met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis wordt vaak gezegd dat hij er niet warm of koud van wordt als iemand hem complimenteert of bekritiseert. Hij is er totaal niet mee bezig wat anderen van hem vinden: het interesseert hem ook niet.
De persoon met autisme daarentegen, is doorgaans juist heel gevoelig voor complimenten of kritiek. Veel mensen met autisme zijn bovendien perfectionistisch en willen het graag goed doen. Het feit dat ze de moeite nemen, sociale gedragsregels uit hun hoofd te leren, bewijst dat ze het juist belangrijk vinden om erbij te horen.
Kritiek kan keihard aankomen, juist omdat ze zo hun best doen, zichzelf aan de ander aan te passen en sociaal gewenst gedrag te vertonen. Natuurlijk heb je ook autisten die zo sterk in zichzelf gekeerd zijn, dat ze de ander niet eens opmerken, maar de meesten willen wel degelijk in contact komen met de buitenwereld en het 'goed' doen. Zij zijn juist heel gevoelig voor complimentjes of kritiek.
Het affect is emotioneel kil, afstandelijk of afgevlakt
Mensen die met een autist getrouwd zijn, klagen vaak over het feit dat hun man (of vrouw) zo afstandelijk kan reageren. Wanneer iemand is overleden, lijkt hij geen verdriet te voelen en als hun partner begint te huilen, zijn ze vaak niet in staat om hem of haar te troosten. Nu is het bij autisme zo dat informatie vaak op een andere manier wordt doorgegeven dan bij mensen zonder autisme. Soms duurt het gewoon wat langer voordat een bepaald gevoel landt. Hierdoor kan iemand met autisme ongevoelig lijken, maar dat in werkelijkheid niet zijn. Zo kan het gebeuren dat deze persoon de huilbui pas krijgt, als anderen alweer doorgaan met hun leven. Zij zien op het moment van de begrafenis dus niet, dat degene met autisme wel degelijk verdriet heeft en trekken wellicht de verkeerde conclusies. Daarbij kan iemand met autisme uit onmacht soms onhandig reageren. Dan wil hij de ander graag troosten, maar zegt hij juist de verkeerde dingen
Het aangeboren gebrek aan invoelingsvermogen maakt het er ook niet beter op. Wanneer de autist een probleem of ziekte niet aan de lijve heeft ondervonden, kan hij vaak niet invoelen wat dit met de ander doet. Wanneer iemand bijvoorbeeld ongewild kinderloos is, kan hij algauw dingen zeggen als: 'Dan adopteer je er toch eentje', zonder te beseffen dat dit een dooddoener is, die volkomen voorbijgaat aan het verdriet van die ander. Wel is het zo dat mensen met autisme ook hierin een eind kunnen komen, als ze door ervaring leren wat ze wel en niet kunnen zeggen en wat doorgaans kwetsend is voor een ander. Ook hier geldt dat dit beter gaat naarmate de intelligentie hoger is.
Nog wat verschillen
Mensen met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis beleven vaak weinig plezier aan het leven. Ze hebben weinig hobby's en als ze die al hebben, gaat het om dingen die je alleen kunt doen, zoals postzegels verzamelen, fotograferen of lezen. Mensen met autisme kunnen zich ook prima alleen vermaken, vaak met dezelfde hobby's, maar met het grote verschil dat zij daar wel plezier aan beleven.
Iemand met een schizoïde persoonlijkheidsstoornis gebruikt doorgaans weinig woorden. Soms zegt hij lange tijd achter elkaar niets of reageert hij met eenlettergrepige antwoorden. Wanneer je zo iemand op bezoek hebt, ben je snel uitgepraat en het contact is vaak saai en ongemakkelijk. Mensen met autisme daarentegen kunnen honderduit praten. Het hangt er net vanaf welke vorm ze hebben. Natuurlijk heb je autisten die niet of nauwelijks praten, maar ook autisten die vijf kwartier in een uur vol kletsen en daarbij moeite hebben, hun gepraat op de ander af te stemmen, zodat die het gevoel kan hebben dat er niet naar hem geluisterd wordt.
Autisme is in vrijwel alle gevallen een aangeboren stoornis. Hoewel een schizoïde persoonlijkheidsstoornis vaak wel in aanleg aanwezig is, zijn er bepaalde factoren die bepalend kunnen zijn voor het krijgen ervan. Mensen die in hun jeugd te maken hebben gehad met emotionele verwaarlozing, seksueel misbruik of een liefdeloze thuissituatie, leren al jong dat mensen niet te vertrouwen zijn en dat ze beter alleen kunnen blijven. Al jong hebben ze geleerd zich af te sluiten voor de pijn, voortkomend uit de trauma's die ze hebben meegemaakt. Ze zijn als het ware emotioneel op slot gegaan en hun gevoelens zijn volledig afgevlakt, waardoor ze geen behoefte meer hebben aan contact en zonder plezier door het leven gaan.
Wanneer er een trauma aan het ontstaan van een schizoïde persoonlijkheidsstoornis ten grondslag ligt, zijn er goede mogelijkheden, deze te behandelen. (meestal psychotherapie). Autisme is niet te genezen. De behandeling van autisme is erop gericht, daarmee (zo goed mogelijk) te leren leven.
Sigdrid Landman