ADHD en overprikkeling
Als je ADHD hebt, kan je moeite hebben om prikkels die op je afkomen te verwerken. Dit kunnen externe prikkels zijn maar ook interne prikkels. Externe prikkels zijn indrukken die via de zintuigen binnenkomen zoals geluiden, beelden, geuren, smaken, en lichamelijke sensaties. Interne prikkels zijn bijvoorbeeld pijn, gevoelens, gedachten en herinneringen.
Omdat de filterfunctie in je hersenen anders werkt, ben je gevoeliger voor overprikkeling. Je krijgt dan een overdosis aan prikkels, waardoor je zenuwstelsel ‘op tilt’ gaat. Je hersenen krijgen meer prikkels dan ze kunnen verwerken. De symptomen waaraan je overprikkeling kunt herkennen zijn:
- het gevoel dat je hoofd ontploft van alle indrukken
- vermoeidheid
- humeurigheid
- onzekerheid
- minder goed kunnen concentreren
- hoofdpijn
- hartkloppingen
- naar of verward voelen
- gespannen spieren
Er zijn drie soorten overprikkeling: zintuiglijke overprikkeling, emotionele overprikkeling en cognitieve overprikkeling. Bij zintuiglijke overprikkeling wordt de informatie die via je zintuigen binnenkomt niet of slecht verwerkt. Je hebt bijvoorbeeld snel last van fel licht of kunt je gesprekspartner in een restaurant met veel achtergrondgeluid niet verstaan.
Bij emotionele overprikkeling heb je moeite om je emoties te reguleren. Emoties komen harder binnen en je wordt sneller emotioneel, bijvoorbeeld als je moe bent of bij het inleven of meeleven met een ander.
Cognitieve overprikkeling houdt in dat alles wat met denken en leren te maken heeft, overprikkeld is. Je hersenen kunnen het tempo waarin alle gegevens verwerkt moeten worden, niet bijbenen. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld gedachten, dingen die je moet onthouden en luisteren je veel energie kosten.
ADHD en concentratie
Naast de problemen met overprikkeling kun je met ADHD ook aandachts- en concentratieproblemen hebben. Wat wordt hiermee bedoeld? Mensen met concentratieproblemen hebben vaak moeite om hun aandacht ergens op te richten of hun aandacht ergens bij te houden. Aandacht is nodig voor het denken, waarnemen en handelen maar ook voor het leren van vaardigheden. Door het focussen en vasthouden van aandacht kun je informatie uit de omgeving verwerken.
We onderscheiden drie vormen van aandacht:
- Gerichte aandacht: je laat je niet afleiden door prikkels uit de omgeving.
- Volgehouden aandacht: je kunt de aandacht voor langere tijd vasthouden.
- Verdeelde aandacht: je kunt de aandacht verdelen tussen meerdere taken of inkomende informatie.
- Problemen in de selectieve aandacht (het richten op taakrelevante prikkels en het negeren van irrelevante prikkels).
- Problemen in het vasthouden van de aandacht (aandachtsspanne).
- Problemen in het vermogen om de aandacht van het één op het ander te richten (switchen).
- Selectieve concentratie: je legt volledig de focus op iets en de rest negeer je.
- Verdeelde concentratie: wanneer je een taak uitvoert die een lage concentratie vergt met een taak die meer aandacht vraagt.
- Constante concentratie: hierbij ligt de focus voor een langere tijd op één activiteit. Het verschil met de eerste is de tijdsspanne.
Een ander probleem dat zich kan voordoen betreft het lokaliseren van geluid. Als je ADHD hebt kun je moeite hebben om de richting van het geluid te bepalen. Wanneer er een bepaalde hoeveelheid geluid op je afkomt, kun je deze geluiden niet analyseren. Je luistert met een vervorming, waardoor je veel harder je best moet doen om de geluiden te begrijpen dan andere mensen. Je kunt daardoor snel vermoeid raken en slechts korte perioden achtereen luisteren en de motivatie om te luisteren neemt af.
Relationele gevolgen
Het spreekt voor zich dat de overprikkeling, aandachts- en concentratieproblemen en moeite met het lokaliseren van geluid vervelende situaties kan opleveren. Als je hierdoor moeite hebt om naar je gesprekspartner te luisteren, hoor je relevante dingen die gezegd worden vaak niet. Je kunt hierdoor overkomen als onverschillig. De ander kan zich bijvoorbeeld gekwetst, genegeerd of boos voelen. Het kan frustratie en irritatie oproepen als de informatie steeds herhaald moet worden. Mensen met ADHD die naast de aandachts- en concentratieproblemen ook hyperactief en impulsief zijn veranderen tijdens een gesprek vaak van onderwerp, toon of lichaamstaal en kunnen ongepaste of kwetsende opmerkingen maken. Ook dit zal meestal niet in goede aarde vallen bij hun gesprekspartner.
Wat kun je zelf doen?
Als je ADHD hebt kun je dat natuurlijk niet zomaar oplossen of wegtoveren. Wat je wel kunt doen is jezelf wat strategieën aanleren om hier beter mee om te gaan om een betere gesprekspartner te worden en beter te leren luisteren. Wij hebben een aantal tips voor je op een rijtje gezet:
Tips voor een gesprek
- Spreek een tijd af waarop je ongestoord kunt praten, bij voorkeur zonder dat er anderen bij aanwezig zijn. Schakel alle elektrische apparaten uit die mogelijk het gesprek kunnen verstoren.
- Maak oogcontact en probeer dit vast te houden tijdens het gesprek. Dit voorkomt dat je wordt afgeleid.
- Structureer het gesprek. Spreek af hoe lang het gesprek zal duren. Schrijf op waarover jullie gaan praten en geef prioriteit aan bepaalde onderwerpen, zodat de belangrijkste het eerst aan bod komen.
- Druk jezelf in korte bewoordingen uit.
- Als je niet helemaal verstaat of begrijpt wat de ander zegt, vraag dan om verheldering met “Hoe bedoel je”?
- Vat samen wat de ander heeft gezegd en wees er zeker van dat jullie elkaar goed begrepen hebben met “Kortom…klopt dat”?
- Praat om de beurt en onderbreek elkaar niet.
- Haal regelmatig adem tijdens het gesprek en houd eventueel een korte pauze.
- Schrijf op wat er tijdens het gesprek wordt afgesproken.
- Vermijd beschuldigingen, wees nieuwsgierig, toon empathie en stel vragen om de mening van je gesprekspartner beter te begrijpen.
- Houd je aan de afgesproken tijd. Als jullie nog niet uitgepraat zijn, spreek dan een volgend gesprek af.
- Vat kort samen wat er besproken is en benoem wat er goed ging.