ADHD – DSM-5

Aandachtsdeficiëntie-/hyperactiviteitsstoornis

DSM-5 criteria

314

Wijzigingen in de DSM-5

De belangrijkste verandering in de DSM-5 criteria voor kinderen en adolescenten is dat enkele van de symptomen moeten aanwezig zijn op de leeftijd van elf jaar of jonger i.p.v. beneden de zeven jaar. Voor adolescenten en volwassenen vanaf achttien jaar is geldt nu een drempel van vijf symptomen in plaats van zes symptomen. 

Diagnose ADHD volgens DSM-5

  • Symptoom 
    aanwezigheid van zes of meer symptomen (van de negen).
  • Leeftijd
    meerdere van de symptomen die beperkingen veroorzaken waren vóór het twaalfde jaar aanwezig.
  • Context 
    enkele beperkingen uit de groep symptomen zijn aanwezig op twee of meer terreinen.
  • Beperking 
    duidelijke aanwijzingen dat de symptomen het sociale of schoolfunctioneren belemmeren of de kwaliteit ervan verminderen.
  • Geen andere diagnose
    de symptomen kunnen niet verklaard worden door een andere diagnose.

Ernst van de symptomen 

  • Licht
    niet of nauwelijks meer symptomen dan vereist zijn om de classificatie te kunnen toekennen zijn aanwezig en de symptomen leiden slechts tot lichte beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren.
  • Matig
    er zijn symptomen of functionele beperkingen tussen ‘licht’ en ‘ernstig’ aanwezig.
  • Ernstig
    veel meer symptomen dan vereist zijn om de classificatie te kunnen toekennen zijn aanwezig, of verschillende bijzonder ernstige symptomen zijn aanwezig of de symptomen leiden tot duidelijke beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren.

Vormen van ADHD

  • Overwegend onoplettende beeld: er is vooral sprake van ernstige en aanhoudende aandachtsproblemen.
  • Oververwegend hyperactieve/impulsieve beeld: er is vooral sprake van ernstige en aanhoudende impulsiviteit en hyperactiviteit.
  • Gecombineerde beeld: beide soorten problemen komen samen voor. 

DSM-5 criteria

A. Symptoom


1 Onoplettendheid
Zes (of meer) van de volgende symptomen zijn gedurende minstens zes maanden aanwezig geweest in een mate die niet consistent is met het ontwikkelingsniveau en die een negatieve invloed heeft op sociale en schoolse of beroepsmatige activiteiten.
a slaagt er vaak niet in voldoende aandacht te geven aan details of maakt achteloos fouten in school, werk of bij andere activiteiten.
b heeft vaak moeite om aandacht bij taken of spel te houden.
c lijkt vaak niet te luisteren als hij/zij direct wordt aangesproken.
d volgt vaak aanwijzingen niet op en slaagt er dikwijls niet in om schoolwerk, karweitjes of taken op het werk af te maken.
e heeft vaak moeite met het organiseren van taken en activiteiten.
f vermijdt vaak om, heeft een afkeer van of is onwillig zich bezig te houden met taken die een geestelijke aandacht vereisen.
g raakt vaak dingen kwijt die nodig zijn voor taken of activitteiten.
h wordt gemakkelijk afgeleid door uitwendige prikkels.
i is vaak vergeetachtig tijdens dagelijkse bezigheden.

2 Hyperactiviteit en impulsiviteit
Zes (of meer) van de volgende symptomen zijn gedurende minstens zes maanden aanwezig geweest in een mate die niet consistent is met het ontwikkelingsniveau en die een negatieve invloed heeft op sociale en schoolse of beroepsmatige activiteiten.
Hyperactiviteit
a beweegt vaak onrustig met handen of voeten, of draait in zijn of haar stoel.
b staat vaak op in situaties waarin verwacht wordt dat je op je plaats blijft zitten.
c rent vaak rond of klimt overal op in situaties waarin dit ongepast is.
d kan moeilijk rustig spelen of zich bezighouden met ontspannende activiteiten.
e is vaak “in de weer” of “draaft maar door”.
f praat vaak excessief veel.
Impulsiviteit
g gooit het antwoord er vaak al uit voordat een vraag afgemaakt is.
h heeft vaak moeite op zijn of haar beurt te wachten.
i stoort vaak anderen of dringt zich op.

B. Leefijd

Verscheidende symptomen van onoplettendheid of hyperactiviteit-impulsiviteit waren voor het 12e jaar aanwezig.

C. Context

Verscheidende symptomen van onoplettendheid of hyperactiviteit-impulsiviteit zijn aanwezig op twee of meer terreinen.

D. Beperking

Er zijn duidelijke aanwijzingen dat de symptomen interfereren met het sociale-, schoolse- of beroepsmatig functioneren.

E. Andere diagnose

De symptomen treden niet uitsluitend op in het beloop van schizofrenie of een andere psychotische stoornis en kunnen niet beter wordenverklaard door een andere psychische stoornis.