ADHD

Werkzaamheid van niet-farmacologische therapie op executieve functies bij ADHD

Een belangrijk aspect van ADHD zijn de problemen met executive functions (EFs). Deze functies omvatten onder andere inhibitiecontrole, werkgeheugen en cognitieve flexibiliteit, en zijn van groot belang voor doelgericht gedrag.

Hoewel medicijnen vaak de eerste behandelingsoptie zijn, zijn ze beperkt in hun effectiviteit om EFs te verbeteren en kunnen ze bijwerkingen hebben. Dit onderzoek richt zich daarom op non-farmacologische interventies en hun effect op EFs bij kinderen en adolescenten met ADHD.

Het onderzoek

De onderzoekers voerden een systematische review en meta-analyse uit om de effectiviteit van non-farmacologische therapie op EFs bij kinderen en adolescenten met ADHD te evalueren. Ze volgden de PRISMA-richtlijnen en zochten in zeven elektronische databases: APA PsycINFO, CINAHL Complete, EMBASE, ERIC, Medline, Pubmed, en Web of Science, van het begin tot maart 2022.

In totaal werden 67 studies met 3147 deelnemers geselecteerd. Deze studies omvatten zowel gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCTs) als niet-gerandomiseerde vergelijkingsstudies. De kwaliteit van de onderzoeken werd beoordeeld met de Physiotherapy Evidence Database (PEDro) schaal, waarbij criteria zoals randomisatie, blindering en tussen-groep vergelijkingen werden meegenomen.

Resultaten

Uit de meta-analyse bleek dat non-farmacologische therapie over het algemeen een significante, matige tot grote positieve invloed hadden op EFs bij kinderen en adolescenten met ADHD (effectgrootte g=0.673). De therapieën werden onderverdeeld in zes categorieën: cognitieve training, EF-specifieke curricula, game-gebaseerde training, mindfulness, neurofeedback en lichaamsbeweging.

  • Cognitieve training toonde een groot effect op het werkgeheugen (g=0.907). Dit type interventie maakt gebruik van gestructureerde oefeningen om cognitieve vaardigheden te verbeteren, bijvoorbeeld door middel van computerprogramma’s of spellen.
  • EF-specifieke curricula, zoals programma’s die zich richten op planning en probleemoplossing, hadden een klein tot matig positief effect op planning (g=0.532). Deze interventies worden vaak in een schoolse setting uitgevoerd en kunnen bestaan uit lessen of activiteiten die specifiek zijn ontworpen om EFs te verbeteren.
  • Game-gebaseerde training, die vaak gebruik maakt van spelelementen om EFs te trainen, liet ook positieve resultaten zien. Hoewel de specifieke effectgroottes varieerden, bleken deze trainingen vooral effectief in het verbeteren van inhibitiecontrole en cognitieve flexibiliteit.
  • Mindfulness, zoals meditatie en ademhalingsoefeningen, hadden een positief effect op meerdere domeinen van EFs. Deze interventies helpen kinderen om zich beter te concentreren en hun impulsiviteit te beheersen.
  • Neurofeedback, waarbij kinderen leren om hun hersenactiviteit te reguleren, toonde ook verbeteringen in EFs. Dit type interventie is vaak complex en vereist gespecialiseerde apparatuur en training.
  • Lichaamsbeweging bleek een van de meest effectieve therapieën te zijn, met een groot positief effect op zowel inhibitiecontrole (g=0.900) als cognitieve flexibiliteit (g=1.377). Activiteiten zoals aerobics, yoga en teamsporten kunnen aanzienlijke voordelen bieden voor kinderen met ADHD.

De bevindingen van deze meta-analyse bevestigen dat non-farmacologische interventies een waardevolle rol kunnen spelen bij het verbeteren van EFs bij kinderen en adolescenten met ADHD. De resultaten zijn consistent met eerdere onderzoeken die de effectiviteit hebben aangetoond.

TherapieEffect op EFsEffectgrootte (g)
Cognitieve trainingWerkgeheugen0.907
EF-specifieke curriculaPlanning0.532
Game-gebaseerde trainingInhibitiecontroleVarieert
MindfulnessAlgemeenPositief
NeurofeedbackAlgemeenPositief
LichaamsbewegingInhibitiecontrole, Flexibiliteit0.900, 1.377

Beperkingen

Er zijn beperkingen aan het huidige onderzoek, zoals:

  • De kwaliteit van de geïncludeerde studies varieerde.
  • Miet alle studies gebruikten dezelfde methoden om EFs te meten, wat de vergelijkbaarheid van de resultaten kan beïnvloeden.
  • Bovendien werd in veel studies geen langdurige follow-up uitgevoerd, waardoor de duurzaamheid van de effecten onduidelijk blijft.

In de praktijk kunnen de bevindingen toch waardevol zijn voor therapeuten, ouders en leerkrachten die op zoek zijn naar alternatieve behandelingsopties voor kinderen met ADHD. Het gebruik van diverse therapieën, aangepast aan de individuele behoeften van het kind, kan mogelijk de algehele effectiviteit van de behandeling vergroten.

Conclusie

Non-farmacologische therapie en dan met name fysieke oefeningen, cognitieve trainingen en EF-specifieke curricula, hebben significante positieve effecten op EFs bij kinderen en adolescenten met ADHD. Deze bevindingen ondersteunen het gebruik van alternatieve therapieën als aanvulling op medicamenteuze behandeling, of zelfs als primaire interventie voor sommige kinderen.

Qiu H, Liang X, Wang P, Zhang H, Shum DHK. Efficacy of non-pharmacological interventions on executive functions in children and adolescents with ADHD: A systematic review and meta-analysis. Asian J Psychiatr. 2023 Sep;87:103692. doi: 10.1016/j.ajp.2023.103692. Epub 2023 Jul 11. PMID: 37450981.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *