Gedachte-leestechnologieën brengen een “reëel gevaar” van discriminatie en vooroordelen met zich mee, zo waarschuwt de Informatiecommissaris (ICO) en meldt The Guardian. Deze technologieën, die informatie direct uit de hersenen en het zenuwstelsel kunnen monitoren, zullen naar verwachting in het komende decennium wijdverspreid worden gebruikt. Wat ooit begon als een streng gereguleerde medische vooruitgang, ontwikkelt zich nu tot een technologie met brede toepassingsmogelijkheden. De technologie wordt al onderzocht voor mogelijke toepassingen op het gebied van persoonlijk welzijn, sport, marketing en zelfs werkplekbewaking.
Een treffend voorbeeld van de huidige stand van zaken in dit vakgebied is Gert-Jan Oskam, een 40-jarige Nederlandse man die twaalf jaar geleden verlamd raakte bij een fietsongeluk. In mei kreeg hij dankzij elektronische implantaten in zijn hersenen weer de mogelijkheid om te lopen.
“Voor velen roept de gedachte aan neurotechnologie beelden op uit sciencefictionfilms, maar deze technologie is echt en ontwikkelt zich snel,” aldus Stephen Almond, de uitvoerend directeur regelgevingsrisico’s van de ICO.
Terwijl deze technologie steeds meer ingeburgerd raakt, waarschuwt de ICO dat sommige mensen achtergelaten kunnen worden bij de ontwikkeling ervan. Technologie kan ontwikkeld worden zonder inbreng van neurodivergente mensen, wat kan leiden tot onjuiste aannames en discriminatie op basis van foutieve conclusies. Ook kan het leiden tot vooroordelen tegen mensen met ongebruikelijke of afwijkende neurologische metingen die als ongewenst op de werkplek worden beschouwd.
“Neurotechnologie verzamelt intieme persoonlijke informatie waar mensen zich vaak niet van bewust zijn, zoals emoties en complex gedrag. De gevolgen kunnen desastreus zijn als deze technologieën ongepast worden ontwikkeld of ingezet,” aldus Almond.
“We willen dat iedereen in de samenleving profiteert van deze technologie. Het is belangrijk dat organisaties nu actie ondernemen om het reële gevaar van discriminatie te voorkomen.”
In een voorlopig rapport, als onderdeel van de inzichten- en vooruitzichtenserie van de ICO over opkomende technologieën, voorspelt de regelgever dat neurotechnologie op korte termijn waarschijnlijk voornamelijk in de medische en aanverwante sectoren zal worden gebruikt. Maar over vier tot vijf jaar kan het zich meer verspreiden. “Gaming op basis van neurodata zal naar verwachting snel opkomen op middellange termijn,” aldus de ICO. Er bestaan al spellen waarmee spelers op afstand drones kunnen besturen door middel van niet-invasieve hersenmonitoring.
Voor het einde van dit decennium verwacht de ICO een nog grotere integratie van neurowetenschap in ons dagelijks leven, waarbij kinderen draagbare hersenmonitoren krijgen om hun onderwijs te personaliseren, en marketeers breinscans gebruiken om emotionele reacties op reclame en producten te onderzoeken.
Dergelijke praktijken zouden al onder de huidige regels voor gegevensbescherming vallen, waarbij neurodata waarschijnlijk als speciale categorie gegevens worden beschouwd en specifieke bescherming genieten. Maar ze brengen ook het risico van nieuwe schadelijke effecten met zich mee, zoals neurodiscriminatie.
“Het is mogelijk dat nieuwe vormen van discriminatie ontstaan die voorheen niet werden erkend in de relevante wetgeving, zoals de Equality Act 2010,” concludeert het rapport. “Er bestaat een risico dat deze benaderingen geworteld zijn in systematische vooroordelen en waarschijnlijk onjuiste en discriminerende informatie over mensen en gemeenschappen zullen verschaffen.”
Eind mei kreeg Neuralink, het hersenimplantaatbedrijf van Elon Musk, goedkeuring voor menselijke tests. De miljardair heeft openlijk verkondigd dat hij van plan is hersenimplantaten tot een alledaagse technologie te maken en voorspelt dat implantaten op een dag een “apparaat voor de algemene bevolking” zullen zijn, dat zelfs kan fungeren als “een back-up voor je niet-fysieke wezen, je digitale ziel”.