Borderline

Waarom borderline vaak gemist en verkeerd begrepen wordt

Borderline persoonlijkheidsstoornis, afgekort BPS, is een complexe mentale aandoening die vaak moeilijk te begrijpen is. Mensen met BPS hebben last van intense emoties die snel kunnen wisselen, angst voor verlating, impulsief gedrag en een instabiel zelfbeeld. Relaties met anderen zijn vaak stormachtig, omdat de emoties van iemand met BPS heel intens kunnen zijn. Daarnaast komen zelfbeschadiging en suïcidale gedachten regelmatig voor, maar dit is niet altijd het geval.

Hoewel BPS een duidelijke set symptomen heeft, verschilt de manier waarop deze symptomen zich uiten per persoon. Dit maakt het herkennen van BPS uitdagend. Het is bijvoorbeeld niet ongewoon dat iemand met BPS ook symptomen heeft die lijken op angststoornissen, depressie of andere psychische aandoeningen. Deze overlap kan het lastig maken om een juiste diagnose te stellen.

Een korte geschiedenis van borderline

De term “borderline” werd voor het eerst gebruikt in 1938 door de psychoanalyticus Adolph Stern. Hij gebruikte deze term om een groep patiënten te beschrijven die zich “op de grens” van psychose en neurose bevonden. Later werd de stoornis vaak “borderline schizofrenie” genoemd, wat misleidend was, omdat BPS en schizofrenie heel verschillend zijn.

In 1975 herdefinieerden John Gunderson en Margaret Singer de stoornis en gaven deze de naam die we vandaag de dag kennen. Pas in 1980 werd BPS opgenomen in de officiële diagnosehandleiding voor mentale aandoeningen, de DSM. Tegenwoordig wordt de stoornis soms ook “emotioneel instabiele persoonlijkheidsstoornis” (EUPD) genoemd. Deze naam weerspiegelt beter de emotionele instabiliteit die centraal staat bij BPS.

Ondanks de vooruitgang in begrip en behandeling blijft de term “borderline” verwarrend en stigmatiserend. Het suggereert namelijk een verband met ernstige persoonlijkheidsstoornissen zoals narcisme of psychopathie, terwijl dit niet het geval is.

Borderline en andere stoornissen

BPS wordt vaak verward met andere psychische aandoeningen. Dit is deels te wijten aan de overlap in symptomen. Een veelvoorkomende misvatting is dat BPS en schizofrenie hetzelfde zijn. Hoewel beide stoornissen kenmerken delen, zoals periodes van intense stress en in sommige gevallen waanideeën, verschillen ze aanzienlijk. Schizofrenie gaat bijvoorbeeld vaak gepaard met auditieve en visuele hallucinaties, iets wat bij BPS veel minder voorkomt.

Ook bipolaire stoornis (BD) wordt vaak genoemd in combinatie met BPS. Beide stoornissen kennen stemmingswisselingen, maar er zijn belangrijke verschillen. Bij BD wisselen periodes van manie en depressie elkaar af, vaak over een langere tijd. Bij BPS kunnen stemmingen binnen enkele uren of dagen omslaan. Daarnaast zijn de stemmingswisselingen bij BPS vaak gerelateerd aan externe gebeurtenissen, zoals een conflict of een gevoel van afwijzing.

BPS wordt ook weleens verward met ADHD, obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) of andere persoonlijkheidsstoornissen. Ook kan BPS samengaan met deze aandoeningen. Dit maakt een correcte diagnose extra ingewikkeld. Bijvoorbeeld, impulsief gedrag en concentratieproblemen komen zowel bij ADHD als BPS voor, maar de oorzaken en context verschillen aanzienlijk.

Stigma en naamgeving

Het stigma rond BPS zorgt ervoor dat veel mensen met deze stoornis zich onbegrepen voelen. Bovendien wordt de stoornis vaak ondergediagnosticeerd bij mannen, omdat zij anders omgaan met emoties en symptomen. Vrouwen worden vaker gediagnosticeerd, deels omdat zelfbeschadiging en emotionele uitbarstingen meer opvallen bij hen.

De naam “borderline” draagt bij aan dit stigma. Het roept associaties op met onvoorspelbaarheid en een gebrek aan controle. Sommige experts pleiten ervoor om de naam te veranderen naar “emotionele intensiteitsstoornis” (EID). Deze naam benadrukt de kern van de stoornis: de intense emoties die iemand ervaart.

Hoe borderline kan worden behandeld

Hoewel BPS een uitdagende aandoening is, betekent dit niet dat er geen hoop is. Behandeling is mogelijk, en veel mensen met BPS ervaren significante verbeteringen in hun kwaliteit van leven. Dialectische gedragstherapie (DBT) is een van de meest effectieve behandelingen. Deze therapie leert mensen vaardigheden om hun emoties te reguleren, impulsen onder controle te houden en gezonde relaties op te bouwen.

Wat is dialectische gedragstherapie (DBT)?
Dialectische gedragstherapie (DBT) is een bewezen effectieve behandelmethode voor mensen met borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS). Deze therapie, ontwikkeld door psycholoog Marsha Linehan, combineert principes van gedragstherapie en mindfulness. Het doel is om mensen te helpen hun emoties beter te reguleren, destructieve patronen te doorbreken en gezonde relaties op te bouwen.

DBT richt zich op vier kernvaardigheden:

  1. Mindfulness: Leren in het moment te blijven en je bewust te zijn van je gedachten en gevoelens zonder oordeel.
  2. Emotieregulatie: Technieken om beter om te gaan met intense emoties en ze niet de overhand te laten nemen.
  3. Interpersoonlijke effectiviteit: Vaardigheden om gezonde relaties op te bouwen, grenzen te stellen en effectief te communiceren.
  4. Crisisvaardigheden: Strategieën om stressvolle situaties te beheersen zonder impulsief of schadelijk gedrag.

Een typisch DBT-programma bestaat uit wekelijkse individuele therapie, groepstraining en toegang tot telefonische coaching. Deze gecombineerde aanpak biedt zowel praktische ondersteuning als emotionele stabiliteit. Hoewel de therapie intensief kan zijn, ervaren veel mensen met BPS grote verbeteringen in hun kwaliteit van leven.

Daarnaast kan medicatie soms helpen om specifieke symptomen, zoals angst of depressie, te verminderen. Het is echter belangrijk om te benadrukken dat medicatie alleen niet voldoende is. Een combinatie van therapie en, indien nodig, medicatie biedt de beste kans op succes.

Bij de behandeling van borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS) worden medicijnen niet als eerste keus gezien, omdat therapie zoals dialectische gedragstherapie (DBT) doorgaans effectiever is. Toch kunnen medicijnen een ondersteunende rol spelen bij het beheersen van specifieke symptomen. Hier zijn enkele voorbeelden van medicatie die vaak worden ingezet:

  • SSRI’s (selectieve serotonineheropnameremmers) zoals fluoxetine (Prozac), sertraline (Zoloft) of escitalopram (Lexapro) kunnen helpen bij het verminderen van depressieve gevoelens en angst, die vaak voorkomen bij BPS.
  • SNRI’s zoals venlafaxine (Efexor) worden soms gebruikt als er ook sprake is van ernstige stemmingswisselingen.
  • Medicijnen zoals lamotrigine (Lamictal) en valproaat (Depakine) kunnen effectief zijn bij het beheersen van impulsiviteit en stemmingswisselingen.
  • Lage doses van atypische antipsychotica, zoals aripiprazol (Abilify) of quetiapine (Seroquel), kunnen helpen bij het verminderen van agressie, paranoia of extreme stemmingswisselingen.
  • Kortdurend gebruik van benzodiazepinen zoals lorazepam (Temesta) kan helpen bij acute angst, maar langdurig gebruik wordt afgeraden vanwege het risico op verslaving.

Medicatie wordt altijd voorgeschreven op basis van een individuele evaluatie. Het doel is niet om de stoornis zelf te behandelen, maar om specifieke symptomen, zoals ernstige angst of impulsief gedrag, te verlichten. Regelmatig overleg met een psychiater is essentieel om bijwerkingen en effectiviteit te monitoren.

Waarom het belangrijk is om BPS te begrijpen

Door BPS beter te begrijpen, kunnen we het stigma doorbreken en mensen met deze stoornis beter ondersteunen. Het begint met bewustwording: het besef dat iemand met BPS geen “moeilijk persoon” is, maar iemand die worstelt met intense emoties en relaties. Met de juiste behandeling en steun kunnen mensen met BPS een volwaardig en betekenisvol leven leiden.

Saunders, K.E.A., Bilderbeck, A.C., Price, J. and Goodwin, G.M., 2015. Distinguishing bipolar disorder from borderline personality disorder: A study of current clinical practice. European Psychiatry, 30(8), pp.965-974.

Leichsenring F, Fonagy P, Heim N, Kernberg OF, Leweke F, Luyten P, Salzer S, Spitzer C, Steinert C. 2024. Borderline personality disorder: a comprehensive review of diagnosis and clinical presentation, etiology, treatment, and current controversies. World Psychiatry. Feb;23(1):4-25. doi: 10.1002/wps.21156.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *