Obesitas wordt tegenwoordig steeds vaker erkend als een ziekte. Dit roept de vraag op hoe we op dit punt zijn gekomen. In de jaren ’90 en vroege 2000 was de situatie heel anders. Toen was het aantal mensen met obesitas aanzienlijk lager: de helft van de huidige aantallen bij volwassenen en slechts een kwart bij kinderen. Wat veranderde er? Is obesitas echt een ziekte die medische behandeling vereist, of hebben we te maken met structurele en maatschappelijke verschuivingen die ons dagelijks leven fundamenteel hebben veranderd?
Het antwoord ligt grotendeels in de manier waarop onze leefstijl en routines door technologie zijn beïnvloed. De opkomst van computers en mobiele telefoons heeft een grote rol gespeeld in hoe we ons bewegen, eten en slapen. Dit heeft niet alleen invloed gehad op ons gewicht, maar ook op hoe we onszelf zien en ons leven inrichten.
De impact van technologie op ons dagelijks leven
De jaren ’90 markeerden de opkomst van de digitale revolutie. Computers werden gemeengoed en mobiele telefoons maakten hun intrede. In plaats van eropuit te gaan, kwam de wereld naar ons toe. Informatie, entertainment en sociale interacties werden bereikbaar vanaf de bank. Hoewel dit ongekende gemakken bood, had het ook een prijs: een drastische afname in fysieke activiteit.
Dagelijkse beweging—denk aan fietsen naar school, wandelen naar de supermarkt of gewoon buiten spelen—werd vervangen door uren achter een scherm. Dit was niet alleen slecht voor ons lichaam, maar ook voor onze slaap. Schermgebruik tot laat in de avond verstoort de aanmaak van melatonine, waardoor slaap van mindere kwaliteit wordt. Dit patroon heeft bijgedragen aan een samenleving waarin mensen meer zitten, minder bewegen en slechter slapen.
Psychologie en het effect van digitale beloning
Schermen hebben niet alleen onze routines veranderd, maar ook de manier waarop we onszelf ervaren. Vóór de digitale revolutie was ‘op het scherm’ verschijnen iets bijzonders, voorbehouden aan beroemdheden. Nu kan iedereen zichzelf presenteren op sociale media. Dit creëert een digitale identiteit die versterkt wordt door likes, reacties en volgers—aantrekkelijke beloningen die ons gedrag sturen.
Dit proces lijkt sterk op de werking van een gokautomaat. Elke klik, like of nieuwe volger biedt een kleine dosis dopamine, wat ervoor zorgt dat we terug blijven komen. Sociale media moedigen ons aan om steeds meer tijd te investeren in onze online persona. Dit heeft niet alleen invloed op onze mentale gezondheid, maar ook op ons fysieke welzijn: hoe meer tijd achter een scherm, hoe minder tijd we besteden aan beweging of slaap.
De vicieuze cirkel van slaapgebrek, eten en inactiviteit
Schermgebruik tot laat in de avond heeft nog een ander neveneffect: slaapgebrek. Mensen die te weinig slapen, hebben vaker last van een verhoogde eetlust en minder energie om te bewegen. Dit heeft te maken met veranderingen in de hormonen ghreline en leptine, die respectievelijk hongergevoel en verzadiging reguleren.
Het gevolg is een vicieuze cirkel: minder slaap leidt tot meer eten, minder beweging en uiteindelijk gewichtstoename. Ondertussen ontbreekt vaak de tijd of energie om dit patroon te doorbreken. Schermgebruik speelt hierin een sleutelrol, waardoor het niet alleen een kwestie van persoonlijke verantwoordelijkheid is, maar ook van maatschappelijke structuren.
Een oplossing vanuit scholen en gezinnen
Hoe kunnen we deze trend doorbreken? Een mogelijke aanpak ligt in het ontwikkelen van lifestyle intelligence, oftewel kennis en vaardigheden om een gezonde levensstijl te bevorderen. Scholen kunnen hierin een centrale rol spelen. Stel je voor: maandelijkse ouderbijeenkomsten waar experts spreken over thema’s als voeding, slaap en beweging. Ouders delen hun uitdagingen en leren praktische strategieën om gezondere keuzes te maken.
Daarnaast kunnen scholen gezondheidslessen integreren in het curriculum. Verhalen in lesboeken kunnen gezonde gewoontes promoten. Denk aan een rekenopgave waarin kinderen calorieën berekenen van verschillende maaltijden, of een biologieles over het belang van slaap. Door deze thema’s subtiel te verweven in het onderwijs, groeien kinderen op met een bewustzijn van gezondheid dat natuurlijk aanvoelt.
Educatie als sleutel tot gedragsverandering
Om echt impact te maken, moet deze educatie niet alleen gericht zijn op kinderen, maar ook op gezinnen en de bredere gemeenschap. Een basisschool kan bijvoorbeeld samenwerken met lokale gezondheidscentra om workshops te organiseren over gezonde maaltijden. In de middelbare schoolfase kunnen biologielessen uitgebreid worden met onderwerpen als hormoonregulatie en de effecten van slaapgebrek.
Dit soort geïntegreerde educatie vraagt om inspanning en toewijding, maar het kan leiden tot duurzame gedragsverandering. Het doel is niet om kinderen te overladen met informatie, maar om een omgeving te creëren waarin gezondheid vanzelfsprekend wordt.
De voedingsindustrie en supermarkten
Naast technologie speelt de voedingsindustrie een cruciale rol in de obesitasepidemie. In de afgelopen decennia is ons voedselaanbod drastisch veranderd. Ultrabewerkte producten—voedsel dat vaak rijk is aan calorieën, suikers, zout en ongezonde vetten—zijn goedkoper en toegankelijker dan ooit. Supermarkten bieden deze producten prominent aan, vaak tegen prijzen die moeilijk te weerstaan zijn. Een zak chips of een fles frisdrank kost vaak minder dan een bak verse bessen of een gezonde maaltijdsalade.
Deze goedkope, calorierijke opties zijn geen toeval. Ultraprocessed food is ontworpen om ons te verleiden. De smaak, textuur en zelfs verpakking zijn zo gemaakt dat ze ons brein stimuleren en ons aanzetten tot overeten. Dit wordt ook wel hyperpalatability genoemd: een combinatie van vet, suiker en zout die het beloningssysteem in onze hersenen activeert en verslavend werkt.
Reclame versterkt dit effect. Vooral kinderen zijn kwetsbaar voor marketing die ongezonde producten aantrekkelijk maakt. Denk aan mascottes, speelgoed bij fastfood of kleurrijke verpakkingen van suikerhoudende ontbijtgranen. Onderzoek toont aan dat blootstelling aan reclame het eetgedrag van kinderen direct beïnvloedt, waardoor ze vaker en meer ongezonde snacks willen.
Supermarkten spelen ook een rol in hoe we voedsel kiezen. Impulsieve aankopen worden aangemoedigd door strategische plaatsing van snoep en snacks bij de kassa. Promoties zoals “1+1 gratis” richten zich bijna altijd op producten met een lage voedingswaarde. Gezonde alternatieven zijn minder vaak in de aanbieding of bevinden zich op moeilijk bereikbare plekken.
Om obesitas tegen te gaan, moet deze dynamiek veranderen. Strengere regulering van voedselmarketing, meer transparantie over ingrediënten en samenwerkingen tussen overheden, supermarkten en de voedingsindustrie zijn essentieel. Daarnaast kunnen subsidies op gezonde producten, zoals groente en fruit, helpen om gezondere keuzes toegankelijker te maken voor iedereen. Het veranderen van deze structuren is misschien geen gemakkelijke taak, maar het is een noodzakelijke stap om een gezondere toekomst te creëren.
Stress en mentale gezondheid
Naast technologie en voeding speelt stress een belangrijke rol in de obesitasepidemie. Chronische stress activeert het hormoon cortisol, wat leidt tot een verhoogde eetlust, vooral naar calorierijk voedsel. Mensen die langdurig gestrest zijn, hebben daardoor meer kans op gewichtstoename. Denk aan maatschappelijke druk, financiële onzekerheid en prestatiedruk—allemaal factoren die stress en ongezonde eetgewoontes kunnen versterken.
Ook mentale gezondheid speelt een rol. Mensen met ADHD, autisme of depressie hebben vaker een verstoorde relatie met eten. Sommigen gebruiken eten als copingmechanisme, terwijl anderen door medicatie hun honger- of verzadigingsgevoel minder goed kunnen reguleren. Het integreren van psychologische ondersteuning in preventieprogramma’s kan helpen om deze vicieuze cirkel te doorbreken.
De invloed van de gebouwde omgeving op beweging
De manier waarop onze steden en dorpen zijn ingericht, heeft een grote invloed op onze fysieke activiteit. In veel buurten ontbreken veilige wandelpaden, fietspaden of toegankelijke sportfaciliteiten. Hierdoor worden mensen minder gestimuleerd om te bewegen. Vooral kinderen zijn afhankelijk van een omgeving waarin ze veilig buiten kunnen spelen.
Nederland heeft een traditie van fietsen en wandelen, maar zelfs hier dreigen auto’s en drukte die ruimte te verdringen. Stimuleren van ‘actieve mobiliteit’, zoals fietsen naar werk of school, kan bijdragen aan het tegengaan van obesitas. Dit vraagt echter om investeringen in infrastructuur zoals bredere fietspaden, autoluwe zones en veilige oversteekplaatsen.
De invloed van slaap en chronotypes op gezondheid
Slaap is meer dan alleen een rustmoment; het is een cruciale factor voor een gezonde stofwisseling. Mensen die structureel te weinig slapen, hebben een hoger risico op obesitas. Maar ook wanneer we slapen, speelt een rol. Uit onderzoek blijkt dat nachtbrakers (later slapen en opstaan) een grotere kans hebben op gewichtstoename dan ochtendmensen.
De maatschappij is echter vaak ingericht op een vroege werk- en schooldag, wat nachtbrakers benadeelt. Deze chronische slaaptekorten verstoren hormonen die honger en verzadiging regelen, zoals ghreline en leptine. Flexibeler school- en werktijden kunnen ervoor zorgen dat mensen meer in lijn met hun natuurlijke ritme leven, wat hun gezondheid ten goede komt.
De rol van maatschappelijke ongelijkheid
Maatschappelijke ongelijkheid heeft een directe invloed op obesitas. Mensen met een lager inkomen hebben minder toegang tot gezond voedsel, sporten en gezondheidszorg. Daarnaast wonen zij vaker in wijken met weinig veilige speel- of sportmogelijkheden en een hoge dichtheid aan fastfoodketens. Ook ontbreekt het deze groep relatief vaker aan kennis over voeding en gezondheid.

Het verhogen van belasting op ongezonde producten en het subsidiëren van gezonde voeding kan hier een verschil maken. Ook het ondersteunen van lokale initiatieven, zoals buurtmoestuinen of gratis sportprogramma’s, kan helpen om gezondheidsverschillen te verkleinen.
De impact van culturele normen op eetgedrag
Eetgewoonten worden ook beïnvloed door culturele normen. In sommige gemeenschappen wordt overvloedig eten gezien als een teken van gastvrijheid en zorgzaamheid. Dit kan leiden tot overeten, vooral bij sociale gelegenheden. Daarnaast hebben sommige culturen minder tradities rond fysieke activiteit of sporten.
Educatieprogramma’s die rekening houden met deze culturele normen kunnen effectiever zijn dan generieke adviezen. Het combineren van traditionele recepten met gezonde ingrediënten of het organiseren van gemeenschappelijke beweegactiviteiten kan aansluiten bij de behoeften van specifieke doelgroepen.
Hoewel het obesitas-debat zich nu vooral richt op medische oplossingen, ligt de echte kracht in regulering van de markt, preventie en leefstijl. Dit vereist niet alleen programma’s en beleid, maar ook een cultuurverandering die begint bij de jongste generaties.
Hartogsohn I, Vudka A. Technology and addiction: What drugs can teach us about digital media. Transcult Psychiatry. 2023 Aug;60(4):651-661. doi: 10.1177/13634615221105116. Epub 2022 Jul 7. PMID: 35799499; PMCID: PMC10504808.
Obesity Through the Years, America’s Health Rankings