Kinderen met autisme hebben vaak moeite met bewegen. Dit komt door problemen in hun motorische ontwikkeling, zoals een lage spierspanning, problemen met coördinatie en moeite met het nabootsen van bewegingen. Aandacht speelt hierin een grote rol. Het vermogen om te focussen en irrelevante prikkels te negeren, is bij veel kinderen met autisme beperkt. Deze uitdagingen maken het leren van nieuwe bewegingen lastig, vooral als deze complexe stappen bevatten.
Het verbeteren van motorische vaardigheden is belangrijk, niet alleen voor fysieke gezondheid, maar ook om sociale activiteiten zoals sporten toegankelijker te maken. Onderzoekers kijken daarom naar nieuwe manieren om kinderen met autisme te helpen bewegingen te leren op een manier die voor hen werkt. Een veelbelovende aanpak is impliciet leren, gecombineerd met een externe focus van aandacht.
Wat is impliciet leren?
Impliciet leren betekent leren zonder dat je je bewust bent van de details van wat je leert. In plaats van instructies stap voor stap te volgen, ontdekken kinderen zelf hoe ze iets moeten doen. Dit proces gebeurt als het ware automatisch, zonder bewuste inspanning.
Een voorbeeld is leren fietsen. Kinderen letten niet op hoe ze hun evenwicht precies moeten houden; ze doen het gewoon. Bij expliciet leren zou je hen uitleggen hoe ze hun gewicht moeten verdelen, maar bij impliciet leren leren ze dit door het simpelweg te proberen.
Bij kinderen met autisme blijkt deze manier van leren beter te werken. Omdat ze minder snel overweldigd raken door de details, kunnen ze zich richten op wat echt belangrijk is: de beweging zelf.
Focus van aandacht: intern vs. extern
Als je een nieuwe vaardigheid leert, kun je je aandacht op verschillende manieren richten. Een interne focus betekent dat je denkt aan wat je lichaam doet, zoals “hoe beweeg ik mijn arm?”. Een externe focus richt zich op het effect van je beweging, bijvoorbeeld “De bowlingkegels moeten om”.
Onderzoek laat zien dat een externe focus beter werkt, vooral bij kinderen met autisme. Het helpt hen om minder na te denken over hun eigen bewegingen en meer te concentreren op het resultaat. Dit vermindert de mentale belasting en maakt leren eenvoudiger en efficiënter.
Bowling als oefening
In een recente studie werden 20 kinderen met autisme getest op hun motorische vaardigheden met behulp van bowling. De kinderen werden in twee groepen verdeeld en trainden zes weken lang met verschillende methoden. Beide methoden gebruikten een externe focus van aandacht, maar met een andere benadering:
- Foutloos leren: Kinderen kregen hulpmiddelen om fouten te voorkomen. De afstand tot de kegels werd langzaam vergroot, zodat ze vertrouwen konden opbouwen.
- Analoog leren: Hierbij werden bewegingen uitgelegd met behulp van simpele vergelijkingen. Bijvoorbeeld: “Duw de bal alsof je een vis uit de klauwen van een kat moet redden.”
De oefeningen werden leuk en aantrekkelijk gemaakt met kleurrijke kegels en speelse scenario’s. Hierdoor kregen de kinderen meteen positieve feedback als ze het goed deden.
Wat werkt het beste?
De resultaten waren verrassend. Beide methoden verbeterden de bowlingvaardigheden van de kinderen, maar analoog leren had een extra voordeel: het hielp ook bij andere bewegingen, zoals het onderhands gooien van een bal. Dit komt omdat analogieën de bewegingen begrijpelijker maken en kinderen in staat stellen patronen te herkennen en toe te passen in verschillende situaties.
Foutloos leren was vooral nuttig om snel succes te ervaren bij bowling. Het hielp kinderen om fouten te vermijden en hun zelfvertrouwen te vergroten. Dit maakt het een goede keuze voor specifieke taken waarbij succes direct zichtbaar moet zijn.
Volwassenen
Het toepassen van impliciet leren bij volwassenen met autisme, bijvoorbeeld zij die starten in een nieuwe baan, zou betekenen dat je de nadruk legt op het leren door doen en ervaren, zonder de nadruk te leggen op expliciete instructies of complexe theoretische uitleg. Hier zijn enkele voorbeelden van hoe dit in de praktijk anders zou kunnen werken:
Praktische introducties in plaats van uitgebreide uitleg
- Traditionele aanpak: Nieuwe werknemers krijgen vaak uitgebreide presentaties of handleidingen over procedures en bedrijfscultuur.
- Impliciet leren: Laat de werknemer direct taken uitvoeren met eenvoudige aanwijzingen, zoals “Probeer deze machine in te stellen door aan deze hendel te draaien”. Laat ze het proces zelf ontdekken, eventueel met een mentor die tips geeft wanneer nodig.
Voorbeeldgedrag observeren
- Traditionele aanpak: Gedetailleerde stappen worden uitgelegd, soms met een stappenplan of checklist.
- Impliciet leren: Laat de werknemer een ervaren collega observeren terwijl die een taak uitvoert. Door te kijken en na te bootsen, leren ze de taak vanzelf, zonder overbelasting van details.
Feedback op het resultaat in plaats van het proces
- Traditionele aanpak: Directe correctie op hoe iemand een taak uitvoert, zoals “Je moet je hand anders houden bij het typen”.
- Impliciet leren: Geef feedback op het effect van hun werk, zoals “Het rapport ziet er goed uit, de kern is duidelijk”. Hierdoor kunnen ze zelf ontdekken welke stappen effectief waren.
Werken met metaforen en analogieën
- Traditionele aanpak: Uitleg van complexe concepten, zoals “We gebruiken deze software om klantenrelaties te beheren.”
- Impliciet leren: Gebruik eenvoudige vergelijkingen, zoals “Denk aan deze software als een digitale klantenkaart. Hier sla je al hun voorkeuren en eerdere aankopen op.”
Speelse en visuele hulpmiddelen
- Traditionele aanpak: Instructies worden schriftelijk of mondeling gegeven.
- Impliciet leren: Gebruik kleurcodes, pictogrammen of visuele signalen om taken begrijpelijker te maken. Bijvoorbeeld een werkstation met duidelijke markeringen voor waar materialen moeten liggen.
Minder focus op fouten
- Traditionele aanpak: De nadruk ligt vaak op het vermijden van fouten en het nauwkeurig volgen van regels.
- Impliciet leren: Laat fouten gebeuren en maak er een leermoment van zonder kritiek. Bijvoorbeeld: “Wat denk je dat er gebeurt als we deze stap overslaan?”
Waarom werkt dit beter?
Volwassenen met autisme kunnen soms overweldigd raken door te veel details of expliciete regels. Impliciet leren helpt hen door de nadruk te leggen op intuïtief ontdekken en observeren, zonder druk of overmatige cognitieve belasting. Deze aanpak kan ook bijdragen aan zelfvertrouwen, omdat de focus ligt op wat iemand kan, niet op wat ze moeten leren.
Door impliciet leren te integreren, wordt het proces voor hen natuurlijker en kunnen ze vaak effectiever en plezieriger leren omgaan met nieuwe situaties op de werkvloer.
Deze studie laat zien dat impliciet leren en een externe focus van aandacht krachtige hulpmiddelen zijn voor het leren van motorische vaardigheden bij kinderen met autisme. Analoog leren biedt een veelzijdige aanpak die niet alleen werkt voor bowling, maar ook voor andere vaardigheden. Foutloos leren kan worden ingezet om vertrouwen en motivatie te vergroten.
Door slim te leren, kunnen mensen met autisme groeien in hun vaardigheden en zelfvertrouwen.
Khodayari M, Yaali R, Ghadiri F. Effect of Implicit Learning Methods With the External Focus of Attention on Bowling Skills in Children With Autism Spectrum Disorder: A Randomized Control Trial Study. Brain Behav. 2024;14(12):e70139. doi:10.1002/brb3.70139