neofobie

Selectieve eetpatronen bij jongeren met autisme

Selectieve eetpatronen komen veel voor bij kinderen en jongeren met autisme. Dit betekent dat zij bepaalde soorten voedsel vermijden of een zeer beperkt voedingsrepertoire hebben. Vaak weigeren ze om nieuwe voedingsmiddelen te proberen, een fenomeen dat bekendstaat als neofobie.

Selectieve eetpatronen kunnen verschillende oorzaken hebben, waaronder sensorische gevoeligheid, zoals een sterke reactie op textuur, smaak of geur van voedsel. Hoewel dit gedrag geen formele diagnose is, wordt het soms gekoppeld aan “Avoidant/Restrictive Food Intake Disorder” (ARFID), een aandoening waarbij eetproblemen leiden tot ondervoeding, groeiproblemen of andere gezondheidsrisico’s.

Dit onderwerp verdient aandacht omdat het niet alleen invloed heeft op de fysieke gezondheid van kinderen, maar ook op hun sociale interacties en algehele welzijn.

Frequentie van selectieve eetpatronen bij autisme

Uit onderzoek blijkt dat selectieve eetpatronen vaker voorkomen bij kinderen en jongeren met ASS dan bij leeftijdsgenoten zonder ASS. Schattingen lopen uiteen van 21% tot 76%, afhankelijk van de gehanteerde definitie en meetmethoden. In vergelijking met kinderen zonder autisme vertonen zij 2 tot 10 keer vaker dit soort eetgedrag.

Wat opvallend is, is dat dit niet uitsluitend voorkomt bij kinderen met een lager cognitief niveau. Ook bij jongeren met een gemiddeld of hoog IQ blijft selectief eten een belangrijk aandachtspunt.

Sensorische gevoeligheid als sleutelrol

Een van de belangrijkste oorzaken van selectieve eetpatronen is sensorische gevoeligheid. Kinderen met autisme ervaren voedsel op een intensere manier: de textuur, geur, smaak of zelfs het uiterlijk van voedsel kan overweldigend zijn. Voorbeelden hiervan zijn het vermijden van voedsel met een zachte textuur zoals puree, of juist voedsel dat knapperig is.

Stel je een kind voor dat alleen witbrood zonder korstjes wil eten en zelfs kleinste veranderingen in textuur (zoals een andere merk boter) opmerkt en afwijst. Dit kan het gezinsschema beïnvloeden, omdat maaltijden minder gevarieerd worden en ouders vaak apart koken.

Impact op gezondheid en ontwikkeling

Selectieve eetpatronen kunnen aanzienlijke gevolgen hebben voor de lichamelijke gezondheid. Obstipatie en gewichtsproblemen, zoals overgewicht of juist ondergewicht, komen vaak voor. In ernstige gevallen kan er sprake zijn van vitaminetekorten of groeiproblemen.

Arfid

Daarnaast kan het selectieve eten invloed hebben op de sociale ontwikkeling van een kind. Bijvoorbeeld wanneer kinderen weigeren te eten tijdens feestjes of andere sociale gelegenheden. Dit kan isolatie of spanning in sociale situaties veroorzaken.

Praktische tips voor ouders en verzorgers

Het omgaan met selectieve eetpatronen kan een uitdaging zijn, maar er zijn strategieën die kunnen helpen:

  • Introduceer nieuw voedsel in kleine stappen. Laat een kind bijvoorbeeld eerst ruiken of aanraken voordat het proeft.
  • Zorg voor een positieve eetomgeving zonder druk. Complimenteer elke poging om nieuw voedsel te proberen.
  • Werk samen met een voedingsdeskundige of gedragstherapeut om een plan op te stellen.

De rol van zorgverleners: Voor zorgverleners, zoals psychologen en pedagogen, is het belangrijk om aandacht te besteden aan eetgewoonten tijdens de diagnostiek en behandeling van autisme. Vroege signalering kan ernstige gezondheidsproblemen helpen voorkomen. Daarnaast zijn behandelingen zoals cognitieve gedragstherapie effectief gebleken, vooral wanneer ouders actief betrokken worden.

Mørdre M, Ørbeck B, Hoel RE, Øvergaard KR. Food selectivity in children and adolescents with autism spectrum disorders – a systematic literature review. Selektive spisemønstre hos barn og unge med autismespekterforstyrrelser – en systematisk litteraturoversikt. Tidsskr Nor Laegeforen. 2024;144(14):10.4045/tidsskr.24.0193. Published 2024 Nov 11. doi:10.4045/tidsskr.24.0193

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *