Neurodivergentie is het verschijnsel waarbij iemands brein informatie verwerkt of zich gedraagt op een manier die afwijkt van de ‘normale’, zogenaamde ‘neurotypische’ norm. Dit concept, oorspronkelijk louter geassocieerd met problematische verschillen, wordt tegenwoordig gezien als een waardevolle diversiteit binnen de samenleving.
Neurodiversiteit erkent, binnen grenzen, de variatie in de werking van ons brein als een natuurlijk aspect van de menselijke diversiteit. Neurodivergente mensen hebben andere competenties, een andere mix van mogelijkheden en onmogelijkheden. Deze benadering ziet neurologische verschillen niet als defecten, maar als variaties die net zo natuurlijk zijn als enige andere menselijke variatie:
- Neurotypische personen zijn diegenen wier breinfuncties als ‘standaard’ worden beschouwd.
- Neurodivergente personen wijken af van deze standaard, wat op vele manieren tot uiting kan komen, zoals bijvoorbeeld:
Autisme
- Aandachtspunten:
- Variabiliteit in sociale interactie en communicatie.
- Behoefte aan routine en voorspelbaarheid.
- Overgevoeligheid voor sensorische prikkels.
- Positieve aspecten:
- Sterk in detailgericht denken en diepgaande focus op interessegebieden.
- Unieke probleemoplossende vaardigheden en innovatief denken.
- Hoge mate van betrouwbaarheid en nauwkeurigheid in interessesferen.
ADHD
- Aandachtspunten:
- Moeite met het vasthouden van aandacht en concentratie.
- Impulsief gedrag en moeite met het reguleren van activiteitsniveau.
- Uitdagingen in tijdmanagement en organisatie.
- Positieve aspecten:
- Vermogen om snel te denken en flexibel te reageren op veranderende situaties.
- Vaak energiek, enthousiast en creatief in het bedenken van oplossingen.
- Sterke interpersoonlijke vaardigheden, goed in brainstormen en teamdynamiek.
Dyslexie
- Aandachtspunten:
- Uitdagingen met lezen, schrijven en de juiste woordvolgorde.
- Moeite met spellen en het herkennen van klank-woord correlaties.
- Vertraging in het automatiseren van leesvaardigheden.
- Positieve aspecten:
- Uitstekend in ruimtelijk en visueel denken.
- Vaak zeer creatief, goed in kunst, design en andere visuele vakken.
- Sterk in mondelinge communicatie en verhalen vertellen.
Tourette
- Aandachtspunten:
- Onvrijwillige, frequente motorische en vocale tics.
- Uitdagingen in sociale interacties en publieke situaties vanwege onvoorspelbare tics.
- Vaak geassocieerd met comorbide aandoeningen zoals OCD en ADHD.
- Positieve aspecten:
- Verhoogd empathisch vermogen en een diep begrip voor diversiteit en acceptatie.
- Unieke vaardigheden in creativiteit en expressie; veel personen met Tourette zijn zeer muzikaal of artistiek begaafd.
- Sterk ontwikkeld gevoel voor humor en vermogen tot zelfrelativering.
Deze aspecten benadrukken dat hoewel er zeker uitdagingen zijn, er ook significante voordelen en sterktes zijn. Door zowel de aandachtspunten als de positieve kanten te erkennen, creeëren we een samenleving waarin begrip voor elkaars verschillen ruimte biedt aan een enorm potentieel aan waardevolle talenten.
Neurodivergentie is niet langer een verzameling stigmatiserende labels, maar variatie binnen het menselijke spectrum.
Als van een autistische werknemer niet langer wordt verwacht of zelfs geeist dat hij tijdens lunchpauzes in een prikkelvol bedrijfsrestaurant moet ‘socializen’ dan kan dat al een belangrijke bijdrage leveren aan domweg het kunnen volhouden van de baan. Een baan waarin hij, mits passend, nog al eens beter presteert dan zijn neurotypische collega! Een beetje aanpassing en begrip levert ‘alle partijen’ enorm veel op.
De erkenning en waardering van neurodiversiteit is cruciaal voor een inclusieve samenleving die iedereen in staat stelt hun potentieel te bereiken. Neurodivergentie is niet langer een verzameling stigmatiserende labels, maar variatie binnen het menselijke spectrum.
Ben je neurodivergent en wil je neurodivergente medemensen ontmoeten? Dan is ons forum wellicht iets voor jou! Klik op het logo om naar binnen te gaan.
Singer, J. (1999). ‘Why can’t you be normal for once in your life?’ From a ‘problem with no name’ to the emergence of a new category of difference. In: Corker, M. & French, S. eds. Disability Discourse. Open University Press, Buckingham, pp. 59-67.