Dyslexie begint in vroeg stadium taalontwikkeling

Kinderen met dyslexie hebben vaak moeite met het onderscheiden van spraakklanken, lang voordat ze leren lezen. Onderzoeker Maartje de Klerk van de Universiteit Utrecht heeft onderzocht wat er gebeurt in het vroegste stadium van de taalontwikkeling bij baby’s met en zonder familiair risico op dyslexie. Voor het onderzoek deden 120 baby’s met en 120 baby’s zonder familiair risico op dyslexie mee, verdeeld over drie leeftijdsgroepen: 6, 8 en 10 maanden.

Kijktijd

Door de kijktijd te meten tijdens het kijken naar een beeldscherm waarop een lachend vrouwengezicht te zien was en verschillende klanken werden afgespeeld, onderzocht de onderzoeker of de baby’s daadwerkelijk het verschil hoorden tussen klanken zoals ‘faap’ en ‘feep’. Het Nederlandse contrast tussen ‘ee’ en ‘aa’ werd onderzocht, evenals het verschil tussen de Engelse klanken /æ/ van ‘bad’ en /ɛ/ van ‘bed’.

Uit het onderzoek bleek dat baby’s zonder familiair risico op dyslexie steeds beter werden in het onderscheiden van het Nederlandse klankcontrast. De risicogroep kon dit onderscheid ook maken, maar liet in vergelijking met de controlegroep een vertraagde ontwikkeling zien. Dit bevestigt dat bij kinderen die later dyslexie ontwikkelen, juist in het vroegste stadium van de taalontwikkeling iets mis lijkt te gaan in de waarneming van spraakklanken. De onderzoeker concludeert dat deze studie een belangrijke stap is om de vroege signalen van dyslexie beter te begrijpen. Hoewel de studie nog niet direct leidt tot nieuwe behandelmethodes, biedt deze wel meer inzicht in hoe dyslexie zich bij kinderen ontwikkelt en hoe dit in de toekomst mogelijk te voorkomen is.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.