Mensen met autisme kiezen vaak voor alternatieve zorg


Mensen met autisme in Nederland kiezen opvallend vaak voor alternatieve zorg, zo blijkt uit onderzoek van de Vrije Universiteit en het Nederlands Autisme Register (NAR).

Uit het enquête-onderzoek onder 6509 mensen met autisme bleek dat 30% van hen gebruikmaakt van alternatieve zorg, terwijl dit percentage in de algemene volwassen bevolking 11% zou zijn. Bij kinderen met autisme tot 18 jaar is dit percentage zelfs nog hoger, namelijk 46,4%. Het NAR, dat samenwerkt met de Vrije Universiteit Amsterdam (VU), beschikt over een unieke database met gegevens over autisme en is opgericht door de Nederlandse Vereniging voor Autisme (NVA).

Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Dit onderzoek kwam tot stand dankzij een scholier genaamd Elijah Delsink, die nu ambassadeur is van de Nederlandse Vereniging voor Autisme. Elijah zette vorig jaar de homeopathische Cease-therapie in de schijnwerpers in zijn profielwerkstuk. Dit onderwerp kreeg aandacht in meerdere afleveringen van het televisieprogramma De Monitor. Het resulteerde in vragen in de Tweede Kamer en een gesprek met de staatssecretaris van Volksgezondheid, die vervolgens het onderzoek heeft laten uitvoeren.

Uit het onderzoek blijkt dat mensen die gebruikmaken van alternatieve behandelaars vaak de persoonlijke aandacht vinden die ze missen in de reguliere zorg. Ze waarderen ook de holistische benadering, waarbij naar het geheel van de persoon wordt gekeken. De meest gebruikte alternatieve behandelingen zijn sensorische integratietherapie (9,2%), therapie met paarden (5,4%) en voedingssupplementen (4,7%). Mensen met autisme die alternatieve behandelingen gebruiken zijn gemiddeld jonger, kregen op relatief jonge leeftijd de diagnose autisme, maken vaker gebruik van reguliere behandelingen, hebben vaak hoogopgeleide ouders en hebben relatief vaak een verstandelijke beperking.

Het NAR-rapport besteedt extra aandacht aan de omstreden homeopathische Cease-therapie, die Elijah Delsink in zijn werkstuk aan de kaak had gesteld. Deze therapie is ook door de Vereniging tegen de Kwakzalverij bekritiseerd. Cease staat voor Complete Elimination of Autism Spectrum Expression en beweert autisme te ‘genezen’ door een verband te leggen tussen autisme en vaccinaties, waarbij ongefundeerde termen zoals “ontstoringstheorie” worden gebruikt. De therapie is bedacht door de inmiddels overleden homeopathische huisarts Tinus Smits. Ondanks de kritiek wordt deze therapie nog altijd aangeboden.

Wetenschappers zijn van mening dat ‘genezing’ van autisme niet alleen onmogelijk is, maar ook onwenselijk. Uit talrijke wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat de bewering dat autisme kan ontstaan door vaccinaties onjuist is. Volgens het NAR-onderzoek heeft 3,2% van de deelnemers met autisme in de afgelopen tien jaar een Cease-therapie ondergaan. Bij kinderen tot 18 jaar gaat het om 6,7%. In de afgelopen vijf jaar zouden volgens de VU-onderzoekers 1860 kinderen de Cease-therapie hebben ondergaan.

Het onderzoek biedt belangrijke inzichten in het gebruik van alternatieve zorg door mensen met autisme in Nederland. Hoewel sommige alternatieve behandelingen persoonlijke aandacht kunnen bieden, is het essentieel om kritisch te blijven kijken naar therapieën die onbewezen of zelfs schadelijk kunnen zijn. Voor mensen met autisme is het belangrijk om betrouwbare informatie te raadplegen en samen te werken met professionals in de reguliere gezondheidszorg om de best mogelijke zorg te ontvangen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.