Gender- en neurodiversiteit gaan vaak samen

Een recent onderzoek heeft de schijnwerpers gericht op de complexe relatie tussen genderdiversiteit en autisme. Dit onderzoek, gebaseerd op vijf grote datasets, werpt nieuw licht op de ervaringen van transgender en genderdiverse individuen. De resultaten zijn verrassend en hebben belangrijke implicaties voor de gezondheidszorg en maatschappelijke ondersteuning.

Meer autisme bij genderdiverse mensen
Een van de opvallende bevindingen van het onderzoek is dat transgender en genderdiverse individuen vaker gediagnosticeerd worden met autisme dan cisgender personen. Dit betekent dat zij meer kans hebben om te voldoen aan de criteria voor autisme. Deze bevinding werpt vragen op over de mogelijke verbanden tussen genderidentiteit en neurodiversiteit.

Genderdiversiteit verwijst naar de erkenning en acceptatie van een breed scala aan identiteiten die verder gaan dan de traditionele tweedeling van mannelijk en vrouwelijk. Het omvat het begrip dat gender niet beperkt is tot een binair systeem van mannelijk en vrouwelijk, maar een spectrum is met vele variaties.

Enkele belangrijke aspecten van genderdiversiteit zijn:

  1. Non-binaire identiteiten: Non-binaire mensen identificeren zich niet strikt als mannelijk of vrouwelijk. Ze kunnen zich als een mix van beide voelen, zich geen van beide voelen, of zich als iets anders identificeren. Er zijn verschillende termen die non-binaire identiteiten beschrijven, zoals genderqueer, genderfluid, en agender.
  2. Transgender: Transgender personen hebben een genderidentiteit die niet overeenkomt met het geslacht dat hen bij de geboorte is toegewezen. Bijvoorbeeld, iemand die bij de geboorte als man is geclassificeerd maar zich identificeert als een vrouw, is transgender.
  3. Cisgender: Cisgender individuen hebben een genderidentiteit die overeenkomt met het geslacht dat hen bij de geboorte is toegewezen. Bijvoorbeeld, iemand die bij de geboorte als vrouw is geclassificeerd en zich identificeert als een vrouw, is cisgender.
  4. Genderexpressie: Dit verwijst naar de manier waarop mensen hun genderidentiteit uiten aan anderen, zoals kledingkeuze, kapsel, gedrag, en spraak. Genderexpressie kan variëren en is niet gebonden aan de genderidentiteit van een persoon.
  5. Genderdysforie: Dit is het gevoel van psychologisch ongemak of ontevredenheid dat sommige mensen ervaren wanneer hun genderidentiteit niet overeenkomt met het geslacht dat hen bij de geboorte is toegewezen.

Niet alleen werden hogere aantallen autismediagnoses geconstateerd bij genderdiverse personen, maar zij scoorden ook hoger op zelfrapportage van autistische kenmerken. Dit omvat zaken als systematisch denken en gevoeligheid voor prikkels uit de omgeving. Opvallend was dat zij lager scoorden op empathie. Deze resultaten bieden inzicht in de manier waarop genderidentiteit kan samengaan met verschillende cognitieve stijlen.

Het erkennen van genderdiversiteit is van groot belang voor het creëren van een inclusieve en respectvolle samenleving. Het stelt mensen in staat om hun ware zelf te zijn en zich geaccepteerd te voelen, wat essentieel is voor hun welzijn.

Naast autisme bleek dat transgender en genderdiverse individuen ook hogere percentages vertoonden van andere neurodiverse en psychische aandoeningen, zoals ADHD, bipolaire stoornis, depressie, obsessieve-compulsieve stoornis (OCD), leerstoornissen en schizofrenie. Deze bevindingen suggereren dat er complexe interacties kunnen zijn tussen genderidentiteit en neurodiversiteit.

Mogelijke verklaringen
Hoewel dit onderzoek geen causale verbanden vaststelt, worden verschillende hypothesen besproken. Het is mogelijk dat transgender en genderdiverse individuen minder geneigd zijn om aan sociaal-culturele normen te voldoen, wat hun grotere diversiteit in genderidentiteit zou kunnen verklaren. Daarnaast wordt gesuggereerd dat hormonale invloeden tijdens de prenatale ontwikkeling zowel autisme als genderidentiteit kunnen beïnvloeden. Er is echter meer onderzoek nodig om deze hypotheses te bevestigen.

In de Verenigde Staten wordt wetgeving ingevoerd die genderbevestigende medische zorg voor transgenderjongeren beperkt, gebaseerd op onderzoek dat suggereert dat deze groep vaker autisme heeft. Wetenschappers en experts waarschuwen echter voor het misbruik van deze bevindingen door beleidsmakers. Sommige onderzoekers hebben hun communicatiestrategieën aangepast, terwijl anderen als experts getuigenis hebben afgelegd tegen dergelijke wetgeving. De wetenschappelijke gemeenschap wordt opgeroepen om zich uit te spreken tegen discriminatie en de verkeerde interpretatie van onderzoeksresultaten.

https://doi.org/10.53053/PJIA9558

Warrier, V., Greenberg, D.M., Weir, E. et al. Elevated rates of autism, other neurodevelopmental and psychiatric diagnoses, and autistic traits in transgender and gender-diverse individuals. Nat Commun 11, 3959 (2020). https://doi.org/10.1038/s41467-020-17794-1

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *