Vaccinatie

BMR-vaccinatie: Effectiviteit en veiligheid kritisch bekeken

Vaccinatie speelt een hoofdrol bij de bescherming tegen verschillende ernstige ziekten. In dit artikel bespreken we de bevindingen van een recent onderzoek naar de effectiviteit en veiligheid van vaccins voor mazelen, bof, rodehond en waterpokken bij kinderen. Ook hebben we aandacht voor de zogenoemde ‘anti-vaccinatiebeweging’ en hun mogelijke motieven.

Mazelen, bof, rodehond en waterpokken zijn infectieziekten die voornamelijk kinderen treffen, maar ook volwassenen kunnen beïnvloeden. Deze ziekten kunnen leiden tot langdurige gezondheidsproblemen en incidenteel zelfs de dood.

  • Mazelen veroorzaakt symptomen zoals hoge koorts, hoest, loopneus en uitslag. Het kan leiden tot ernstige complicaties zoals longontsteking en encefalitis (hersenzwelling).
  • Bof leidt tot zwelling van de speekselklieren, koorts en hoofdpijn. Complicaties kunnen zijn: meningitis (hersenvliesontsteking) en gehoorverlies.
  • Rodehond is vaak mild, met symptomen zoals uitslag en lichte koorts, maar kan ernstige gevolgen hebben voor ongeboren baby’s als zwangere vrouwen geïnfecteerd raken.
  • Waterpokken veroorzaakt jeukende uitslag en blaren, en kan leiden tot huidinfecties en longontsteking.

Het onderzoek

Het doel van het onderzoek was om de effectiviteit, veiligheid en zowel korte- als langetermijn bijwerkingen van de gecombineerde MBR (mazelen, bof, rodehond) en MBRW (mazelen, bof, rodehond en waterpokken) vaccins te beoordelen bij kinderen tot 15 jaar.

  • Literatuuronderzoek: De onderzoekers doorzochten verschillende medische databases voor relevante studies tot mei 2019.
  • Inclusiecriteria: Randomized controlled trials (RCTs), gecontroleerde klinische onderzoeken (CCTs), cohortstudies, case-control studies en andere relevante onderzoeken werden geselecteerd.
  • Populatie: Meer dan 23 miljoen kinderen werden in de analyse opgenomen, met 51 studies gericht op de effectiviteit van de vaccins en 87 studies op bijwerkingen.

Werking

Het BMR-vaccin werkt door een verzwakte versie van de virussen die deze ziekten veroorzaken, in het lichaam te introduceren. Deze verzwakte virussen zijn niet sterk genoeg om de ziekte te veroorzaken, maar stimuleren wel het immuunsysteem om antistoffen te produceren.

Wanneer iemand gevaccineerd wordt, herkent het immuunsysteem de verzwakte virussen als indringers en reageert door specifieke antistoffen aan te maken. Deze antistoffen blijven in het lichaam en zorgen ervoor dat, als de persoon later wordt blootgesteld aan het echte virus, het immuunsysteem deze snel kan herkennen en vernietigen voordat ze de kans krijgen om de ziekte te veroorzaken.

Het BMR-vaccin wordt meestal in twee doses toegediend, de eerste rond de leeftijd van 12-15 maanden en de tweede tussen 4 en 6 jaar. Deze vaccinatiecyclus biedt langdurige immuniteit en is een cruciale maatregel om uitbraken van deze potentieel ernstige ziekten te voorkomen.

Effectiviteit

  • Mazelen: Eén dosis van het vaccin is 95% effectief in het voorkomen van mazelen. Twee doses verhogen de effectiviteit tot 96%. Effectiviteit tegen overdracht in huiselijke contacten na één dosis was 81% en na twee doses 85%.
  • Bof: Eén dosis van het vaccin is 72% effectief, terwijl twee doses 86% effectief zijn. Vaccinatie verminderde gevallen bij huiselijke contacten met 74%.
  • Rodehond: Een specifieke studie in China toonde een effectiviteit van 89% na één dosis.
  • Waterpokken: Twee doses van het BMRW-vaccin waren 95% effectief over een periode van 10 jaar.

Bijwerkingen

  • Aseptic meningitis: Geassocieerd met specifieke MBR-vaccins die Urabe en Leningrad-Zagreb mumps stammen bevatten, maar niet met Jeryl Lynn stammen.
  • Koortsstuipen: De kans op koortsstuipen was iets verhoogd, met een geschatte incidentie van 1 per 1150 tot 1700 doses.
  • Idiopathische trombocytopenische purpura (ITP): Klein risico op ITP na vaccinatie, maar lager dan het risico na natuurlijke infectie.
  • Geen associatie gevonden met: Autisme, encefalitis, cognitieve vertraging, diabetes type 1, astma, dermatitis/eczeem, hooikoorts, leukemie, multiple sclerose, loopstoornissen, bacteriële of virale infecties.

Krijg je autisme van de BMR-vaccinatie?

Nee.

Het (inmiddels hardnekkige) misverstand dat vaccinatie autisme zou veroorzaken, begon met een studie uit 1998 door de Britse arts Andrew Wakefield. Wakefield publiceerde een artikel in The Lancet waarin hij beweerde een verband te hebben gevonden tussen het BMR-vaccin en autisme. Deze studie, gebaseerd op slechts 12 kinderen, werd snel bekritiseerd vanwege methodologische fouten, belangenconflicten en onethisch gedrag.

Later kwam de aap uit de mouw toen bleek dat Wakefield betaald werd door advocaten die ouders van autistische kinderen vertegenwoordigden Zijn medische licentie (artsentitel) werd daarom ingetrokken. The Lancet trok het artikel officieel terug. Ondanks de onthullingen van fraude en bedrog bleef bij sommigen de angst voor vaccinaties bestaan en werd deze versterkt door allerlei niet-medisch onderlegde beroemdheden en zelfbenoemde ‘deskundigen’ op bijvoorbeeld Facebook en YouTube.

Social media hebben sterk bijgedragen aan de hardnekkigheid van deze misvatting. Er zijn zelfs nu nog mensen die deze berichten geloven. Platforms zoals Facebook, X en YouTube bieden een gemakkelijke manier om informatie (en dus ook desinformatie) snel te verspreiden. Anti-vaccinatiegroepen gebruiken deze platforms om angst en wantrouwen te voeden en te zaaien, vaak door misleidende of volledig valse informatie te delen.

Nepnieuws, zoals over vaccinaties, verspreidt zich vaak sneller dan wetenschappelijke inzichten of correcties, wellicht omdat het emotioneel geladen, makkelijk toegankelijk en eenvoudig te begrijpen is. Dit heeft geleid tot een daling in vaccinatiegraad in sommige gemeenschappen, wat weer heeft geleid tot uitbraken van ziekten die eerder onder controle waren. Het is daarom essentieel dat betrouwbare informatie over vaccinaties breed beschikbaar en gemakkelijk toegankelijk is, zodat mensen weloverwogen beslissingen kunnen nemen op basis van toetsbare feiten en niet op basis van aannames en/of angst.

Argumenten van anti-vaxxers

Anti-vaxxers gebruiken verschillende argumenten om niet te vaccineren. Hier zijn enkele van de meest voorkomende, samen met de feiten die ze weerleggen:

  • Vaccins veroorzaken autisme: Talrijke studies hebben geen enkel verband gevonden tussen vaccins en autisme. Wakefields studie werd teruggetrokken vanwege methodologische fouten en belangenconflicten. De originele studie was gebaseerd op slechts twaalf kinderen en werd als onethisch bestempeld.
  • Vaccins bevatten schadelijke stoffen. De hoeveelheden van hulpstoffen in vaccins zijn zeer klein en ruim binnen de veilige limieten. Thimerosal is sinds 2001 grotendeels verwijderd uit kindervaccins en studies hebben aangetoond dat de kleine hoeveelheden aluminium in vaccins geen gezondheidsrisico vormen.
  • Natuurlijke immuniteit is beter. Hoewel natuurlijke infecties inderdaad (soms) sterkere immuniteit kunnen geven dan vaccins, zijn de risico’s van ernstige complicaties, blijvende schade, of zelfs de dood hoger dan de risico’s van vaccinatie. Vaccins bieden daarom een veilige manier om immuniteit op te bouwen zonder de gevaren van de ziekte zelf.
  • Vaccins veroorzaken ernstige bijwerkingen. Ernstige bijwerkingen van vaccins zijn uiterst zeldzaam. De voordelen van vaccinatie wegen ruimschoots op tegen de risico’s. De meeste bijwerkingen zijn mild en tijdelijk, zoals pijn op de injectieplaats of lichte koorts.
  • Er is een gebrek aan onderzoek naar vaccins. Vaccins ondergaan rigoureuze tests in meerdere fasen van klinische proeven voordat ze worden goedgekeurd voor gebruik. Ze worden continu gemonitord nadat ze op de markt zijn gebracht. Langdurige studies hebben juist aangetoond dat vaccins veilig en effectief zijn.
  • Het is een persoonlijke keuze en vrijheid. Vaccinatie is strikt genomen inderdaad een individuele keuze, maar ook een keuze met vérgaande impact op anderen. Niet-vaccineren kan leiden tot uitbraken van ziekten, waardoor kwetsbare groepen, zoals mensen met een verzwakt immuunsysteem en te jonge kinderen om gevaccineerd te worden, in gevaar komen.
  • De farmaceutische industrie is niet te vertrouwen. Hoewel farmaceutische bedrijven winst maken, worden vaccins streng gereguleerd door overheidsinstanties zoals de FDA en EMA. Onafhankelijke, kritische organisaties en wetenschappers over de hele wereld hebben uitgebreid onderzoek gedaan naar de veiligheid en effectiviteit van vaccins.

Anti-vaxxers en hun (mogelijke) motieven

anti-vaxxer
  • Financiëel gewin: Sommige individuen en groepen verdienen geld door alternatieve behandelingen, supplementen, of natuurlijke remedies te verkopen die ze als veiliger en effectiever dan vaccins promoten. Door angst en wantrouwen jegens vaccins te zaaien, kunnen ze hun eigen producten beter verkopen.
  • Ideologische overtuigingen: Sommige anti-vaxxers zijn gedreven door sterke ideologische overtuigingen, zoals wantrouwen tegenover de overheid, farmaceutische bedrijven, en de medische wetenschap in het algemeen. Deze overtuigingen kunnen hen ertoe aanzetten om, bijvoorbeeld via laagdremelige social media, misleidende informatie te verspreiden om anderen van hun denkbeelden te overtuigen.
  • Sociale en politieke invloed: Er zijn ook politieke groeperingen en influencers die anti-vaccinatie-ideeën gebruiken om hun eigen agenda te bevorderen, zoals het vergroten van hun aanhang of het bevorderen van een anti-overheidsentiment. Door angst en verdeeldheid te zaaien, kunnen ze hun eigen macht en invloed versterken.
  • Oprechte maar misleide overtuigingen: Sommige anti-vaxxers geloven oprecht in de onjuiste informatie die ze verspreiden. Ze denken dat ze anderen beschermen en helpen door te waarschuwen voor de vermeende gevaren van vaccins. Hoewel hun intenties goed zijn, dragen ze bij aan de verspreiding van schadelijke misinformatie.
  • Behoefte aan erkenning en aandacht: Sommige individuen kunnen worden gemotiveerd door de aandacht en erkenning die ze krijgen als prominente stemmen binnen de antivaccinatiegemeenschap. Door zich te profileren als “experts” of “strijders voor de waarheid”, kunnen ze aanzien en invloed winnen, wat hen motiveert om desinformatie te blijven verspreiden.

Om deze misleiding tegen te gaan, is het belangrijk om:

  • Betrouwbare en toegankelijke informatie over vaccins te verstrekken.
  • Kritisch denken en mediawijsheid te bevorderen, zodat mensen beter in staat zijn om misinformatie te herkennen en te weerleggen.
  • Transparantie en open communicatie vanuit gezondheidsinstanties en wetenschappers te stimuleren om vertrouwen op te bouwen en misverstanden weg te nemen.

Interpretatie van de bevindingen

De onderzoeksresultaten zijn cruciaal voor zowel ouders als beleidsmakers. Ze ondersteunen het gebruik van MBR- en MBRW-vaccins voor massale immunisatieprogramma’s. Hoewel sommige bijwerkingen optreden, zijn deze zeldzaam en vaak minder ernstig dan de complicaties van de ziektes zelf.

Vergelijking met eerdere studies bevestigt de betrouwbaarheid en effectiviteit van de vaccins. Echter, toekomstige studies zijn nodig om te bepalen of de bescherming na verloop van tijd afneemt en om nieuwe potentiële bijwerkingen te identificeren.

Praktische implicaties voor ouders en verzorgers

Door goed geïnformeerd te zijn, kunnen ouders bijdragen aan de bescherming van hun kinderen en de gemeenschap tegen besmettelijke ziekten. Hier zijn enkele praktische tips:

  • Bij twijfel over vaccinatie: Bespreek zorgen met een kinderarts of huisarts om op de hoogte te blijven van de laatste wetenschappelijke bevindingen. Begrijp dat Facebook, mamablogs en YouTube géén bronnen zijn van wetenschappelijke kennis, maar platformen waarop iedereen zijn of haar mening kan delen ongeacht de feitelijke basis daarvan.
  • Voorbeeldscenario: Als een kind lichte koorts ontwikkelt na vaccinatie, is dit meestal een normale reactie. Bij ernstige symptomen, zoals aanhoudende koorts of huiduitslag, is het raadzaam om medische hulp te zoeken.
  • Gesprekken met gezondheidsprofessionals: Vraag naar de voordelen en risico’s van vaccins en deel eventuele eerdere bijwerkingen of allergieën van het kind.

Di Pietrantonj C, Rivetti A, Marchione P, Debalini MG, Demicheli V. Vaccines for measles, mumps, rubella, and varicella in children. Cochrane Database of Systematic Reviews 2020, Issue 4. Art. No.: CD004407. DOI: 10.1002/14651858.CD004407.pub4. Accessed 08 June 2024.

https://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736(02)07826-1/fulltext

https://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736%2897%2911096-0/fulltext

https://www.kwakzalverij.nl

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.